Waarom alle basisscholen een goede schoolbibliotheek nodig hebben

Begin oktober 2020 kreeg de Oproep tot een ambitieus leesoffensief van de Leescoalitie aandacht in de media. De zin die vaak herhaald werd, is dat er in iedere school een schoolbibliotheek moet komen. In het manifest zelf wordt gesproken over een goede schoolbibliotheek èn een rijke leesomgeving voor iedere school.[1] Dat is wel even een verschil…

Hieronder nuanceer ik de berichtgeving in de media en leg ik uit waarom een schoolbibliotheek een onmisbare voorziening is bij het leesonderwijs van de toekomst.


[1] Oproep tot een ambitieus leesoffensief (IV. 1.d.); De Leescoalitie; Amsterdam, oktober 2020

Het belang van lezen op ieders netvlies

De alarmbellen zijn bij alle leesdeskundigen gaan rinkelen toen Nederland onderaan eindigde bij het PISA-onderzoek[1] naar leesplezier onder 15-jarigen. Dit is een internationaal vergelijkend onderzoek. Jongeren in andere landen hebben dus allemaal meer plezier in lezen dan Nederlandse jongeren. Het valt buiten het bestek van dit artikel om op de oorzaken daarvan in te gaan. Maar dat er iets aan moet gebeuren is evident. Met het manifest heeft de Leescoalitie dit overzichtelijk aan de kaak gesteld en onder woorden gebracht wat er moet gebeuren. Een citaat:

Het Leesoffensief zien wij als een beweging van onderwijs-, leesbevorderings- en andere relevante maatschappelijke organisaties die het belang van lezen maatschappelijk en politiek agenderen vanuit een gezamenlijke visie. (…) We gaan er samen voor zorgen dat het belang van lezen op ieders netvlies staat. Samen willen we een overkoepelende visie voor de lange termijn formuleren met heldere prioriteiten. Doel is een doorgaande leerlijn waarin de ontwikkeling van leesvaardigheid en leesmotivatie hand in hand gaan. Het is essentieel dat mensen kunnen lezen, willen lezen en idealiter excelleren in lezen. Dat zijn hoge ambities, maar gezien het cruciale belang van lezen geen ambities om op af te dingen. (III – Het is tijd voor gezamenlijke actie)

Lezers worden gemaakt, niet geboren

Gezamenlijk in actie komen en een doorgaande leerlijn. Dat zijn de begrippen waar het om draait. Dat klinkt alsof er tot nu toe niets of niet genoeg gedaan wordt of dat het heel moeilijk is om kinderen tot lezen te brengen. Dat is niet zo. Iedereen kan leren lezen. Het is net zo iets als fietsen. Eenmaal geleerd, verleer je het niet meer. Lezen wordt wel een self-teaching mechanism[2] genoemd, omdat je er beter in wordt door het veel te doen.

Maar net zoals er in de huidige maatschappij mensen zijn die kunnen fietsen, maar het praktisch nooit doen, zijn er steeds meer mensen die wel hebben leren lezen, maar praktisch nooit een boek pakken. En juist dáár zit het probleem. Want dat boek wèl pakken geeft kans op het ontwikkelen van leesplezier, op even verdwijnen in een mooi verhaal, op verstrooiing, even weg van de hectiek van alledag. Leesplezier is de enige intrinsieke motivatie om lezers voor het leven te zijn.


[1] Vind alles hierover op https://www.onderwijsincijfers.nl/kengetallen/internationaal/leerlingen-en-studenten/prestaties-internationale-prestaties-vo-pisa

[2] Rijke taal – taaldidactiek voor het basisonderwijs (blz. 137); Erna van Koeven & Anneke Smits; Boom Uitgevers, 2020

Hoe ontwikkel je leesplezier?

Leesplezier moet met de paplepel worden ingegoten. Bij de gezamenlijke actie die de Leescoalitie voor ogen staat, worden ook de (groot)ouders genoemd. Zij staan aan de wieg van de taalbasis van een kind en hoe het omgaat met letters en lezen. Ieder huis zou een rijke leesomgeving moeten zijn, ieder kind heeft het recht om voorgelezen te worden.

Maar als ik eerlijk ben, zie ik dat somber in. Er zijn nog maar weinig huizen met een gevulde boekenkast in de kamer. “De nieuwe generatie ouders is de eerste online generatie en minder geneigd tot geconcentreerd en diep lezen”, lees ik in het manifest. Toch kan het niet genoeg benadrukt worden dat kinderen vanaf de wieg een leesvoorbeeld nodig hebben, het liefst beide ouders.

Maar laten we positief blijven en er vanuit gaan dat ouders hun bijdrage hebben geleverd voordat hun kind de school binnenkomt.

Leesplezier ontwikkelen op de basisschool

In de peuter- en kleuterfase is voorlezen het belangrijkste middel tot leesplezier. Leerlingen krijgen door voorlezen gevoel voor boeken en verhalen. Ze leren dat je er om kunt lachen, erover kunt praten, er wat van kunt leren of iets anders. In een rijke leesomgeving mogen deze kinderen ook zelf boeken ontdekken, er in verdwijnen of het naspelen. Ze zien lezende juffen en meesters en lezende leerlingen uit de midden- en bovenbouw, die ook af en toe in de klas komen voorlezen. Iedereen leest en de honger naar het leren lezen groeit.

Dan groep 3. De groep waarin het lezen een automatisme moet worden. Ik heb grote bewondering voor de leerkrachten in groep 3. Zij hebben een onmisbaar aandeel aan de leesontwikkeling van kinderen. Hoe kun je tijdens het ontwikkelen van de leesvaardigheid ook nog oog hebben voor leesplezier? Daar komt de schoolbibliotheek in beeld.

De schoolbibliotheek is dé plek binnen de school waar het wel om lezen gaat, maar niet om klankregels, techniekjes, signaalwoorden of opdrachten. De nadruk kan helemaal gelegd worden op leesplezier. Kies in de bibliotheek een boek dat je leuk vindt! Een goede schoolbibliotheek is overzichtelijk ingedeeld, zodat de lezertjes uit groep 3 leeftijd-adequate boeken gemakkelijk kunnen vinden. De leuke, zelfgekozen boeken uit de schoolbieb worden door deze lezertjes met rode oortjes ontdekt. Lukt het om het uit te lezen, dan voelen ze zich geweldig. Dat willen ze nog wel een keer.

Vanaf groep 3 wordt de schoolbibliotheek steeds belangrijker als het gaat om het ontwikkelen van leesplezier. Het is algemeen bekend dat er in groep 6 vaak een leesdip komt. Dat is meestal een teken dat er teveel op het technische aspect van lezen wordt gelet en te weinig aan leesplezier wordt gedaan. Voordat je leerlingen gaat verliezen als lezer, moet dus eerst weer plezier in lezen terugkomen. En waar in de school ging het ook alweer uitsluitend om leesplezier? Juist! In de schoolbibliotheek.

Van groep 4 tot en met groep 8 kunnen leesniveaus en leeservaring van de leerlingen erg uiteenlopen. In een goede schoolbibliotheek let je dan ook op een breed aanbod, alle niveaus, alle boeksoorten en alle onderwerpen die kinderen van die leeftijd leuk vinden. In een goede schoolbibliotheek kan ook een doorlopende lijn van leesbevordering worden vormgegeven door middel van kennis van boeken, boekpromotie en kiesles. Mijn ervaring is dat leerlingen het heerlijk vinden om een biebles te krijgen en dat ze vervolgens de schoolbibliotheek ook beter gebruiken.

Lezers van de toekomst

Op basisscholen dragen alle professionals bij aan de ontwikkeling van de lezers van de toekomst.

Ik vind het een voorrecht aan die ontwikkeling bij te dragen, door te zorgen voor een goed lopende schoolbibliotheek en stevig gefundeerde leesbevordering. Ik zie nog te vaak boeken die op een schimmige manier de school zijn binnengekomen en vervolgens jarenlang in de schoolbibliotheek staan. Geen leerling die ze leest, maar zo’n volle boekenkast – dat ziet er toch heel leesminnend uit?!

Het is jammer dat scholen toelaten dat er soms tientallen jaren niet kritisch naar de boekencollectie gekeken wordt en dat er ook geen eisen worden gesteld aan de boeken die de school binnenkomen. Net als plantjes gedijen in goede grond, hebben leerlingen ook goede boeken nodig. Een volle boekenkast garandeert niet dat leerlingen lezers worden. Leesplezier wel.

Boeken om te ontspannen en boeken om je te verdiepen. Boeken om mee te lachen en boeken die je uitdagen. Boeken die spelen met de digitale media van de 21e eeuw. Boeken die kinderen laten nadenken over het verleden, heden en de toekomst. Juist de goede mix van een breed aanbod laat leerlingen tot bloei komen. Daarvoor dient de goede schoolbibliotheek.

Eén schoolleider zei tegen mij: “Maar hoe weet ik dat allemaal?” Daarvoor moet je deskundigheid de school binnenhalen. Dat is het werk van een leesconsulent. Die verbindt leesonderwijs met leesplezier door voor goed materiaal en de juiste begeleiding te zorgen. Die biedt het juiste boek aan op het juiste moment. Schoolbieb Op Orde is zo’n leesconsulent.

Daarnaast hebben (aanstaande) leerkrachten en biebmedewerkers opleiding nodig om de doelstellingen van de schoolbibliotheek te leren kennen, te ondersteunen en leesplezier te borgen. Schoolbieb Op Orde is een gecertificeerde opleider binnen het Kort Beroepsonderwijs (CRKBO). Voor leerkrachten is er de training Schoolbibliotheek en leesbevordering in de praktijk. Voor biebmedewerkers (bijvoorbeeld hulpouders) is er de training Basiskennis schoolbibliotheekbeheer.

Leesplezier. Daar draait het om in de schoolbibliotheek. Mijn ambitie is dat elke leerling de basisschool verlaat met voldoende leesniveau voor het vervolgonderwijs èn een uitgelezen boek waarvan hij zegt: “Dit was het mooiste boek dat ik ooit gelezen heb”. Zo’n leerling zal blijven lezen en daarmee de uitdagingen van zijn verdere leven met vertrouwen aankunnen.


Nieuwsgierig geworden? Vraag een adviesgesprek aan via info@schoolbieboporde.nl

>